Slimming down the State: ngo’s, weak states en de outsourcing van publieke dienstverlening

Traditioneel zorgt de staat voor de gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting,... Maar omdat vele landen in het Zuiden daarvoor niet de middelen hebben én het neoliberale denkbeeld net wenst dat de staat zich niet bezighoudt met dergelijke dienstverlening, nemen andere actoren steeds meer de plaats van de staat in. Ngo’s zijn zeer actief in de betreffende sectoren en worden gezien als de ideale speler om de functies van de staat over te nemen.

Echter, het gevaar van staatserosie dreigt. Hoe zwakker de staat, hoe meer staatstaken door ngo’s ingevuld zullen worden. Uiteindelijk zal de staat enkel nog de onpopulaire sectoren, zoals belastingen, als de hare kunnen beschouwen. Een afweging tussen de bijdragen van de ngo’s en de uitholling van de staat dringt zich op.

maandag, december 01, 2008

Commentaar op "Identiteit en weerstand in een consumentencultuur"

Dit is een commentaar op het artikel "Identiteit en weerstand in een consumentencultuur" op de blog Anders Globaliseren

“Hoe sociaal verantwoord en hoe groen de producten ook zijn die ik koop, hoe weerbarstig ik mij ook opstel tegenover manipulatieve reclame en de daarmee samenhangende koopwaar, het revolutionaire aspect van mijn verzet zal enkel daarin bestaan dat ik oude marketingparadigmas stilaan mee de laan uitstuur maar deze help te vervangen door nieuwe.”

Ik zou willen reageren op deze zin en het niet zo optimistische besluit van jouw blogposts. Hopelijk kan ik je ook nog wat hoop geven en misschien een klein alternatief.

Het aanpassingsvermogen van de markt is inderdaad groot, ook binnen de ‘groene sector’. Je kan dit zien op de markt van bio-producten. Meer en meer komen de dieet producten, alternatieve geneeswijzen en spiritualiteitsproducten op de voorgrond in biowinkels. In plaats van de basis producten zoals lokaal geteelde groenten en fruit gaan extra luxe producten het beeld van sommige van deze winkels bepalen. Het lijkt wel of de bio winkels op die manier niet af willen van hun imago als zijn te duur en gericht op hoogopgeleide welverdienende middenklasse. Deze extra producten zijn duur en vallen binnen dit marktsegment. In plaats van een basis voor groene economie of andere relaties tussen producenten en consumenten stappen zij mee in het verhaal van reclame en grote bedrijven.

De markt is volgens mij in een zeer basale definitie vooral een (al dan niet fysieke) plaats waar goederen of diensten worden geruild volgens bepaalde conventies. Het is in die conventies en in de werking dan het marktproces dat veranderingen mogelijk zijn. Hierover wil ik kort een alternatief bespreken.

Een goed voorbeeld zijn groentenabonnementen waarbij je lid wordt van een boerderij. Het is beter bekend als community supported agriculture, maar je kan ze ook overal in Gent vinden. Je engageert je om voor een langere periode groenten of andere producten van een boerderij af te nemen. Die boer (ze bestaan echt) wil graag een relatie met zijn klanten die het louter economische overstijgt. De boer of boerin wil de mensen kennen die zijn producten opeten. Hij voelt als het ware de eenzaamheid als landbouwproducent in een globale vrije markt van harde concurrentie. Samen met een gezonde dosis idealisme zijn dit de uitgangspunten voor sommige boeren om op andere manieren met de markt om te gaan.

Het gaat nog steeds om een producent en een consument, maar door middel van participatie, begrip, elkaar wederzijds kennen en bepaalde vormen van samenwerking wordt de puur financiele relatie, afhankelijk van manipulatieve reclame doorbroken en veranderd in een meer menselijke relatie.

Ik denk dat dit soort ‘samenwerking’ tussen producenten en consumenten een zeer concrete oplossing biedt voor de macht van de markt. De markt wordt gereduceerd tot wat ze in principe is, een interactie tussen producent en consument zonder tussenschakels.

Geen opmerkingen: