Slimming down the State: ngo’s, weak states en de outsourcing van publieke dienstverlening

Traditioneel zorgt de staat voor de gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting,... Maar omdat vele landen in het Zuiden daarvoor niet de middelen hebben én het neoliberale denkbeeld net wenst dat de staat zich niet bezighoudt met dergelijke dienstverlening, nemen andere actoren steeds meer de plaats van de staat in. Ngo’s zijn zeer actief in de betreffende sectoren en worden gezien als de ideale speler om de functies van de staat over te nemen.

Echter, het gevaar van staatserosie dreigt. Hoe zwakker de staat, hoe meer staatstaken door ngo’s ingevuld zullen worden. Uiteindelijk zal de staat enkel nog de onpopulaire sectoren, zoals belastingen, als de hare kunnen beschouwen. Een afweging tussen de bijdragen van de ngo’s en de uitholling van de staat dringt zich op.

woensdag, december 03, 2008

Keeping Africa small









Het bovenstaande filmpje is een trailer van de documentaire ‘Keeping Africa Small’ uitgegeven door WORLDwrite. Meer informatie en achtergrondliteratuur die ik ook in dit blogbericht heb gebruikt, is terug te vinden op http://www.worldwrite.org.uk/keepingafricasmall/

In deze trailer worden enkele kritieken op NGO’s geuit die in bepaalde gevallen ook aansluiten bij de kritieken die hiervoor reeds werden gepost.

Ten eerste wordt in deze documentaire aangeklaagd dat NGO’s zich enkel richten op basisnoden en enkel hiervoor campagnes opzetten. Overleven wordt hierbij als einddoel naar voor geschoven van ontwikkeling. Maar het is echter onjuist volgens de makers van de documentaire om overleven ontwikkeling te noemen (1). Men gaat er dan immers vanuit dat arme mensen arm zullen blijven, hun lot moeten accepteren, hun noden moeten veranderen en hun ambities moeten verminderen. Deze aanpak negeert dat mensen in ontwikkelingslanden ook grote ambities kunnen hebben en houdt hiermee deze mensen tegen om hun dromen waar te maken (2). Een mooi voorbeeld hiervan zijn de Millennium Development Goals die zich enkel naar deze basisbehoeften richten (3).
Door mensen te helpen om net te kunnen overleven suggereert men daarnaast dat het algemene comfort en welzijn zoals die in het Westen wordt ervaren niet mogelijk is voor het merendeel van de mensen in ontwikkelingslanden (1).
Overleven als een einddoel stellen kan tenslotte dodelijk zijn (1). Gebrek aan ontwikkeling in termen van infrastructuur, communicatie en degelijke huisvesting liggen bijvoorbeeld aan de basis van het hoge dodental door de tsunami in 2004.

Deze kritiek op deze ‘survival-only’-gedachte of ‘basic needs’-benadering vinden we ook terug bij Ben-Ami (2005). Hij stelt dat overleven als doel enkel zin heeft als een korte termijn maatregel om het hoofd te bieden aan de plotse impact van onverwachte gebeurtenissen. Ontwikkeling zou echter volgens hem moeten gaan over het transformeren van arme landen naar moderne, rijke landen.

In zijn artikel ‘NGO Behavior and Development Discourse: Cases From Western India’ stelt Ebrahim (2001) dat in de geschiedenis van de internationale ontwikkeling verschuivingen in het denken, het beleid en de praktijk terug te vinden zijn. Waar in de jaren vijftig en zestig een nadruk lag op grootschalige infrastructuur, industrie en landbouw, verschoof de aandacht in de jaren zeventig naar een focus op basisnoden van individuen en families, gevolgd door een aandacht naar participatie, duurzame ontwikkeling en gender in de jaren tachtig en recent naar zaken van economische liberalisering en de ‘civil society’ (Ebrahim, 2001). De basic needs approach die in de documentaire wordt aangehaald is dus één manier om over ontwikkeling na te denken, maar is volgens de makers van de documentaire dominant gebleven. Het is volgens mij belangrijk om af te vragen of dit wel zo is. Als we de Millennium Development Goals (3) bekijken, moeten we in ieder geval ja antwoorden.

Ten tweede wordt in deze documentaire aangekaart dat NGO’s enkel geïnteresseerd zijn in programma’s die zij nuttig achten. De makers van het filmpje willen aankaarten dat Westerse NGO’s zijn opgebouwd rond hun eigen prioriteiten in de ontwikkelingswereld. Deze NGO’s kiezen namelijk zelf wat zij willen financieren en willen schenken overeenstemmend met hun prioriteiten (1). Deze kritiek hebben we reeds aangehaald in het blogbericht ‘Zijn NGO’s de nieuwe kolonisten?’. Waar in dit blogbericht vooral het naast zich neerleggen van de staat centraal stond, wordt hier ingegaan op het feit dat programma’s van NGO’s niet aansluiten bij wat de lokale mensen echt willen. Met andere woorden “their programmes epitomise low horizons and often get up the noses of everyone – from fishermen to shanty town inhabitants – and even make them laugh out loud” (1).
Hoewel Westerse NGO’s het streven naar empowerment en participatie van de lokale bevolking en lokale partners centraal stellen, houden zij de macht in handen en kan men niet spreken van een gelijke invloed (1). Hier komt het probleem van accountability naar boven zoals in het blogbericht 'NGO's en accountability' is aangehaald naar boven. Westerse NGO’s zijn namelijk niet aansprakelijk voor hun daden tegenover hun partners en diegenen die zij trachten te helpen.

Het is nog interessant nog even kort stil te staan bij de oplossing die wordt geboden voor de aangekaarte problemen in de achtergrondinformatie over deze documentaire. Het is hierbij belangrijk te vertellen dat WORLDwrite – de organisatie achter deze documentaire – pleit voor een globale gelijkheid (4). Het doel van deze documentaire is om de barrières en misopvattingen die wij in het Westen hebben en die mensen in ontwikkelingslanden ervan weerhouden om hun eigen dromen te realiseren, uit te dagen (1). WORLDwrite gelooft dat het perfect mogelijk en ook wenselijk is dat mensen in heel de wereld kunnen genieten van een enorme verhoging van hun levensstandaarden. Door te streven naar het beste voor iedereen en het bevragen van beperkingen, zoals het voorschrijven en opleggen van regels en lage ambities, hopen zij de aandacht te vestigen op vrijheid en oprechte ontwikkeling. Zij argumenteren dan ook dat Westerse NGO’s middelen aan de ontwikkelingslanden moeten overdragen en vertrouwen dat mensen het beste weten (1). Met andere woorden zij pleiten voor een vermindering van de macht in het bepalen van de ontwikkelingsagenda en meer invloed van de staat en de lokale bevolking. Zij verwerpen ook de partnerschappen tussen NGO’s en de staat (zie blogpost 'Partnerschappen tussen de staat en NGO's als oplossing?') omdat volgens hen deze partnerschappen net meer externe dominantie inhouden (1)).

-------------------------------------------------------------------------------

(1) http://www.worldwrite.org.uk/keepingafricasmall/faq.html#8
(2) Zie ook een andere documentaire van WORLDwrite: Think Big. http://www.youtube.com/watch?v=hl5Ss3MM57w
(3) http://www.unmillenniumproject.org/goals/gti.htm
(4) http://www.worldwrite.org.uk/whoweare.html

Ben-Ami, D. (2005). Development should mean more than survival. Geraadpleegd op 13 december, 2008, op http://www.spiked-online.com/index.php?/site/article/1534/

Ebrahim, A. (2001). NGO Behavior and Development Discourse. Voluntas International Journal of Voluntary and Nonprofit Organizations, 12 (2), 79-101.

Geen opmerkingen: